Projectgroep SKP-monitoring plus organiseerde op dinsdag 11 april een bijeenkomst voor SKP-coördinatoren. Jan Kamman (Sportvisserij Nederland), Wijtze Tjoelker (SKP-Friese boezem), Paul Hendrix (De KSN) en Joris Weitjens (BVK) vormen de vaste kern van deze projectgroep die sinds juni 2016 bestaat.
Doelstelling is het onderzoeken van de mogelijkheden van het sofisticeren van SKP-monitoring waarbij automatisch matchen een rol kan gaan spelen.
Maar liefst 41 SKP-coördinatoren hadden gehoor gegeven aan de oproep van de projectgroep. Een teken dat dit onderwerp leeft! Avondvoorzitter Jan Kamman leidde het onderwerp SKP-monitoring in. Hij maakte gelijk duidelijk dat SKP-monitoring een prachtig instrument is in het huidige visstandbeheer. Rapport Spiegelbeelden, met een analyse van data van SKP-monitoring, bewijst hoe waardevol die verzamelde data zijn, maar helaas zijn dergelijke rapportages schaars. Juist dergelijke op SKP-monitoring gebaseerde rapportages kunnen zowel waterbeheerders als potentiële financiers overtuigen van nut en noodzaak van op basis van SKP-monitoring gevoerd karperbeheer.
Aan de hand van het voorbeeld van De Pendelaar (superzwemmer tussen Amsterdam en Nederrijn/Lek) prikkelde Jan de zaal. Het blootleggen van dergelijke migratie is uniek, maar komt alleen bij een goede organisatie van SKP-monitoring aan het licht.
Wijtze Tjoelker nam aan de hand van de afgenomen enquête de huidige problemen bij SKP-monitoring door. Die problemen zijn met name bij de grote SKP’s zoals die van Friese boezem, aanzienlijk. Matching is haast niet te doen met uitzetbestanden waarin nagenoeg kale spiegelkarpers de hoofdmoot vormen. Hoewel sommige ‘hobbymatchers’ het kunnen opbrengen om per maand tot 50 uur bezig te zijn met matching, is dat voor het gros van de coördinatoren geen optie. Dat zie je uiteraard terug in de matchingpercentages. Het zal geen toeval zijn dat bij de SKP’s met de minst florissante matchingspercentages de meldingsbereidheid navenant klein is. Karpervissers melden pas als er terugkoppeling is!
Joris Weitjens liet, als SKP-man van het eerste uur, zijn licht schijnen over de toekomst van SKP. Hij gaf aan dat SKP-monitoring oude stijl in open water, z’n beste tijd heeft gehad. Matching wordt niet alleen bemoeilijkt door het uitzetten van moeilijk matchbare kale spiegelkarpers, maar ook steeds vaker door projectoverschrijdende migratie. Vernieuwing is nodig. Met name de organisatie van SKP-monitoring zal strakker en minder vrijblijvend moeten. Standaardisering en mogelijk een grote centrale databank van uitzetfoto’s die zowel Nederland als België omvat zou weleens uitkomst kunnen bieden. Automatisch matchen (de ‘plus’) zal daarbij van grote hulp zijn. Joris benadrukte dat een nieuwe organisatie zeker niet zal betekenen dat de charme en het (nog steeds grote) succes van lokaal en handmatig matchen verloren zullen gaan. Beide vormen van SKP-monitoring zullen elkaar eerder versterken.
Paul Hendrix schetste vervolgens de zoektocht langs universiteiten voor hulp bij matchen. De projectgroep heeft vanaf dag één z’n zinnen gezet op automatisch matchen; het met behulp van software matchen van uitzetfoto en vangstfoto. Uiteindelijk is de projectgroep terechtgekomen bij een bedrijf dat gespecialiseerd is in beeldherkenning. Recente oriënterende gesprekken met dit bedrijf stemmen voorzichtig optimistisch. Zodra voldoende budget beschikbaar is gaat het bedrijf onder de voorwaarde van no cure no pay, aan de gang met het vinden van een algoritme (sleutel) voor matching.
Het benodigde (flinke) budget voor SKP-monitoring plus zal op dit moment voornamelijk moeten komen van federaties, Sportvisserij en DeKSN. Paul nodigde de zaal uit om namens je eigen SKP bij je federatie of hsv dit project onder de aandacht te brengen.
De zaal reageerde voorzichtig positief op de plannen van de projectgroep. Er waren een aantal vragen en suggesties over het bevorderen van zowel succesvol matchen als het genereren van meer terugmeldingen. De zaal stond vrij lang stil bij vragen over het nut van SKP-monitoring. Weten we zo langzamerhand niet al voldoende? De projectgroep was unaniem van mening: zolang we willen blijven uitzetten in open water moeten we een methode hebben om de effecten van uitzettingen plus de omvang en samenstelling van karperbestanden te meten. Door waterschappen wordt monitoring zelfs verplicht gesteld voor goedkeuring van een uitzetting. Met SKP-monitoring heeft de hengelsport, mits dat goed gebeurt, nog steeds het middel bij uitstek in huis!
Laat duidelijk zijn dat SKP-monitoring plus niet morgen gerealiseerd is. Zonder voldoende steun vanuit de achterban zal het geen succes worden. Juist door het succes van deze avond voelt de projectgroep zich gesterkt. We houden de SKP-coördinatoren en geïnteresseerden graag op de hoogte van de volgende stappen richting SKP-monitoring plus.
Dit verslag is opgemaakt door Joris, de tekst is integraal overgenomen uit de BVK Nieuwsbrief nummer 14 - 2017